maandag 5 december 2011

Liefde en ergernis

Zowat mijn hele leven heb ik me afgevraagd waarom mijn ouders bij elkaar gebleven zijn. En waarom zijn ze ooit getrouwd met elkaar? Ze waren zes jaar verloofd en in die tijd mocht niets. Misschien juist daarom. Misschien omdat iedereen en alles tegen hen was. Vooral mijn grootmoeder, bij wie ze dan nog gingen inwonen.
Zouden we allemaal gelukkiger zijn geweest als ze uit elkaar waren gegaan? Ik weet het niet. Hun strijd heeft ons gevormd, in verschillende richtingen. Voor mij is dat duidelijk.

Waar vroeger grote vragen en verzuchtingen waren, is nu een klein huwelijk. Alles is klein. De oppervlakte waarop ze zich bewegen is klein. Zij worden kleiner. Hun denken wordt klein. Hun nieuwswereld beperkt zich tot de Duitse tv. Hun dagen zijn kort, de nachten ook, want ze slapen diep.
De grote zorgen, wanneer en naar welk rusthuis ze gaan, geven ze door aan hun kinderen. Zij liggen er niet van wakker.

De vraag of ze bij elkaar zullen blijven bestaat niet meer. De momenten volgen elkaar op en het ene moment is er liefde en het andere moment is er ergernis. De ene dag is er meer liefde dan ergernis, de volgende dag is het omgekeerd.

Ik ben getuige van tedere scènes. Vooral mijn moeder verbaast mij. Nooit heb ik haar zo vaak mijn vader spontaan zien kussen, zijn hand vasthouden en hem "mijn manneke" noemen. Mijn vader hoor ik mijn moeder prijzen, omdat ze zoveel voor hem doet. Ik kan mijn oren niet geloven. Maar een uur later sakkert hij toch weer op haar.

Dat mengsel tussen hen, voel ik ook bij mezelf naar hen. Liefde en ergernis. Ik houd het wat in. Ik knuffel niet zoveel, ik ben vriendelijk. Ik snauw niet, ik antwoord hoogstens eens wat korter.

Het verwart mij. Zijn liefde en ergernis de pijlers van een relatie? Mogen we naar meer liefde en minder ergernis verlangen? Of moeten we inderdaad tevreden zijn met 51 procent voldoening, zoals mij ooit een professor, die daarover boeken heeft geschreven, heeft gezegd?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten