vrijdag 30 december 2011

Volière

Tijdens zijn siësta schrikt mijn vader wakker. "Ik moet mijn vogels gaan voeren! Die beestjes hebben al dagen geen eten meer gehad!" Maar er zijn geen vogels meer en het is hard om hem dat te vertellen.

Bij alle huizen waar we gewoond hebben, had hij volières. Achter de garage waar we eerst woonden, bouwde hij verschillende afdelingen met kleine deurtjes die wij kinderen graag open deden. Met gevolgen. Mijn oudste zus heeft een collectieve ontsnapping veroorzaakt en dat heeft ze lang mogen horen.

Toen we verhuisden naar een groter en mooier huis, met een sjieke tuin met vijvertje, palmde mijn vader bijna de volledige kelder in en bouwde hij een volière bovenop de vijver. Vogels die overleden kregen een plaatsje in de diepvriezer. En wat ik nog akeliger vond, waren de potjes met maden die overal stonden.

De volgende volière werd achter de mas in Montauriol gebouwd. Ze staat er nog altijd, heb ik onlangs gezien. Maar er zitten geen vogels in. Zelf heb ik daar de dood van vier vogels op mijn geweten. Ik vergat ze water te geven, toen mijn vader voor twee weken naar België was.

En ook in Fourques werden volières gebouwd. Sommige vogels kregen zelfs een kooi met verwarming. Op een dag waren alle vogels weg. Mogelijk gestolen. Maar mijn vader dacht eerder aan kwade wil door iemand van ons. Vooral mijn moeder was verdacht. Jarenlang hebben wij het onderwerp zoveel mogelijk vermeden en als het dreigde ter sprake te komen, zochten we naarstig naar iets dat zijn aandacht kon afleiden. De politiek in België, de prijs van een brood, de dood van een familielid.

De volières zijn bouwvallig, maar niemand durft ze af te breken zolang mijn vader in dit huis woont. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten