zondag 23 oktober 2011

Voelen

Als kind kende ik het werkwoord voelen niet. Gevoelens werden in ons gezin geuit op verschillende manieren, maar ze werden niet bij naam genoemd. Mijn vader zei niet: ik ben kwaad. Hij wèrd kwaad, op een vrij luidruchtige manier. Mijn moeder zei nooit: ik voel me verdrietig. Ze sloot zich af, hulde zich soms dagen in stilzwijgen en nam poedertjes van het Witte Kruis.
Voor ons was het zoeken om met de gevoelsuitingen van onze ouders en met onze eigen naamloze gevoelens om te gaan. De weg die ik vond, was er eentje naar buiten. Als er zich een gelegenheid voordeed, was ik weg. Ik voelde mij snel thuis bij vriendinnetjes, ik ging vrijwillig op internaat en ik trouwde erg jong.
Mijn gevoelens herkennen en benoemen heb ik maar laat geleerd. Psychotherapie heeft me geholpen en soms ook niet. Het lijkt zo eenvoudig maar het is het niet. Je voelt iets onbestemds, waar je geen naam aan kan geven. Het is gemakkelijker om het dan maar zo te laten, dan om een naam te geven aan iets dat erg onprettig is.

Nu ik weer in een deel van mijn oudergezin woon, komen de herinneringen aan de tijd dat we nog allemaal samenwoonden gemakkelijk terug. De moeilijke periodes komen het eerst naar boven drijven. Naar mooie momenten moet ik soms zoeken. Ik laat mijn herinneringen overdag passeren en als ze ’s avonds op mijn hoofdkussen willen blijven liggen, stuur ik ze weg.

Mijn leven speelt zich hier en vandaag  af. Elke dag is een nieuwe kans om tot directer contact met mijn ouders te komen. Het is aartsmoeilijk. Mijn ouders hebben het zelf nooit geleerd en ze zijn te oud geworden om er het belang van te begrijpen. Het enige wat ik kan doen is het zelf een beetje proberen. En dus zei ik tegen mijn moeder dat het mij verdrietig maakt dat ik haar nooit zie lachen. Ze keek me verbaasd aan en daarna sloot ze zich weer een beetje af. Ik vroeg haar niet om te lachen, want iemand die depressief is, kan nu eenmaal niet lachen. Ik zei alleen maar dat ik verdrietig was.

Een beetje later was ik kwaad en zei ik dat ik kwaad was. En vanmorgen zei ik dat ik er spijt van had, dat ik kwaad was geweest. Je moet er geen spijt van hebben, zei ze. En vandaag ging alles weer een beetje beter. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten